Statistisch gezien is september op de financiële markten een maand met behoorlijk wat volatiliteit. Dit jaar was eerder uitzonderlijk, want de VIX-index (de zogenaamde bibberbarometer van de markt) bleef hangen op een laagterecord.

Beleggers hunkeren naar lieve woordjes van FED-voorzitter Powell die hinten op een renteverlaging. Zo’n renteverlaging is een vrij delicate oefening: een groter dan verwachte verlaging wijst op recessiegevaar en raakt de markten. Snijdt men daartegenover te weinig in de rente, dan stellen beleggers hun groeiverwachtingen bij en dalen de markten eveneens.

Minder goed, maar geen dramatisch, economisch nieuws is ideaal om een renteverlaging te krijgen in lijn van de verwachtingen. Dit recept kregen we in september alvast voorgeschoteld. De Amerikaanse werkgelegenheid in de private sector daalde met 32.000 banen, waar economen op een stijging hadden gerekend. Dit euvel combineren met een consumentenvertrouwen dat in de lappenmand ligt, is de perfecte cocktail voor Powell om te handelen in lijn met de marktverwachtingen. In Europa is het dan weer de export die slabakt, maar hier hintte de ECB dat bijkomende renteverlagingen momenteel niet aan de orde zijn.

Beleggers stuurden de indices over september dan ook fors hoger. De Nasdaq Composite nam de leiding met een stijging op maandbasis van 5,6%. Die leiding dankt het aan de blijvende AI-gekte, die zelfs de opkomst van het internet lijkt te kleineren tot een fait divers. Intussen waarschuwen verschillende marktstrategen en instellingen (het IMF en de Bank of England) voor een oververhitting van de markt door de AI-bubbel.

Of een Nvidia peperduur staat of niet, is afhankelijk van hoeveel bedrijven daadwerkelijk AI zullen omarmen. De eerste waarnemingen zijn alvast positief. Sterker nog: er heerst FOMO (fear of missing out) onder bedrijven om de trein te missen en als irrelevant op de schroothoop te eindigen. Anderzijds: langs de rafelranden van de sector bevinden zich tal van beursgenoteerde bedrijven die er niet thuis horen. Neem nu Fermi, een bouwer van datacentra dat eind september zijn IPO-prijs aankondigde op Nasdaq. De koers steeg op dag één van zijn notering met maar liefst +55%. Het aandeel heeft momenteel een marktwaardering van 16,5 miljard dollar. Het probleem is evenwel dat men momenteel nul inkomsten genereert, maar wel kosten. Bovendien hebben ze op dit moment geen projecten lopen. Dergelijke toestanden doen denken aan de internetzeepbel van 2000.

Aan de andere kant van het spectrum vind je heel wat aandelen met mooie reële activa die eenzaam en alleen in een hoekje wegkwijnen. Spreken we dan niet beter van een overgeconcentreerde markt in plaats van een overgewaardeerde markt? De beursgang en waardering van Fermi zijn een staaltje financiële satire dat moeilijk te overtreffen valt, zelfs niet door de nominatie van Donald Trump voor de Nobelprijs voor de Vrede.

Wij helpen je graag verder

Neem vandaag nog contact met ons op.