VS-Europa: 1-0.
Een lusteloos boeltje, zo wordt de beurshandel in de zomer vaak omschreven. Niet zo dit jaar, want de Amerikaanse S&P500-index steeg sinds zijn dieptepunt medio juni met 15%. Europa nam het traditiegetrouw wat rustiger met een opvering van 9% voor de Stoxx Europe 600. Twee maanden een feestje met de handrem op, want sinds medio augustus lijken beleggers opnieuw sterker rekening te houden met een barre economische winter. De opleving zal waarschijnlijk een typische berenmarktrally zijn of een tijdelijke koersopvering in een structureel dalende markt. De reden voor het gewonnen optimisme waren de beter dan verwachte kwartaalcijfers voor de bedrijven en de relatief milde vooruitzichten. Naast goede resultaten leek ook de inflatiepiek in de VS achter de rug. Leek, want op 13 september werd een stijging van 8,3% jaar-op-jaar gepubliceerd. Dit was voldoende om de Amerikaanse beurzen bloedrood te laten kleuren.

Toch is de Europese situatie een stuk zorgwekkender, hoewel we hier en daar al enige lichtpuntjes ontwaren. Twee zaken zijn protagonisten voor de vorming van ons historisch hoge inflatiecijfer: enerzijds onze grotere afhankelijkheid van Russische olie en gas, maar sinds kort ook onze historisch zwakke euro. Uitstekend voor onze exportpositie, maar wat we importeren wordt er enkel duurder door, wat opnieuw de inflatiecijfers stuwt. Die zwakke euro hebben we te danken aan de zeer late reactie van de ECB om de rente te verhogen. Ter vergelijking: op 11 april 2008 stond onze munt historisch sterk. Voor 100 euro kregen we 158 dollar. Shoppen in de VS werd een koopje. Veertien jaar later noteert de euro net onder pariteit en krijgen we voor diezelfde 100 euro nog 99 dollar! Toch even opmerken dat de gasprijs sinds zijn piek op 26 augustus met 40% is gedaald, enerzijds door de forse taal die Europese leiders spreken om de prijs te kalmeren, anderzijds door de sterke opmars van het Oekraïnse leger tegenover Rusland.

Glazen bol.
De meeste waarnemers gaan uit van een matige Europese recessie. Het is normaal in een economische cyclus dat groei afgewisseld wordt door terugval. Elke recessie heeft zijn kenmerken en wij gaan ervan uit dat we de laatste decennia al voor hetere vuren gestaan hebben. Dit ondanks de vele doemberichten in de pers waar zelfs onze machthebbers zich nu aan laven. Zo verklaarde premier Decroo dat we voor 5 tot 10 moeilijke winters staan. De Franse president Macron deed hier nog een schepje bovenop met de grimmige voorspelling dat we voor een ‘grote ommekeer’ staan die ‘het einde van de overvloed’ en de ‘vanzelfsprekendheden’ zal betekenen. Feit is dat spilzucht voor veel Europese landen een hoofddeugd is en het begint te dagen dat we niet meer overal kunnen bijspringen met gratis geld. Hiervoor waarschuwen economen al twintig jaar, maar wat baten kaars en bril als de regering niet zien wil? Alle gekheid op een stokje, we vinden dergelijke paniek voorbarig en contraproductief. Heel wat mensen hadden en hebben het momenteel zeer moeilijk, maar niemand kan voorspellen wat de winters binnen tien jaar zullen geven. Zoals we de laatste weken zien is een kleine verandering voldoende om de prijzen sterk neerwaarts te duwen. We hopen dan ook dat de rationaliteit opnieuw de leidende rol in de gasmarkt zal opnemen.

Voor de markt is de huidige spreidstand echter een harde noot om te kraken. Een dalende inflatie wijst vaak op een afkoelende economie. Negatief voor toekomstige bedrijfsresultaten, maar anderzijds voedt het de hoop dat de centrale banken hun rentes niet al te agressief zullen verhogen in de nabije toekomst.

Stijgende rentes: leve het spaarboekje?
Voor wie dacht dat het spaarboekje nu opnieuw interessant wordt, hebben we minder goed nieuws. De banken lijken zich niet te haasten om het voor de spaarder aantrekkelijker te maken. Hoewel de beurskoersen van de financiële instellingen het niet schitterend doen, verdienen banken momenteel een rijk belegde boterham. Hun leningen kunnen ze duurder verkopen, de ECB rekent geen strafrente meer aan om overtollige cash te parkeren en anderzijds betalen ze de spaarder nog altijd zo goed als niks. Benieuwd hoe lang ze dit nog gaan volhouden. Bedenk ook dat toekomstige renteverhogingen op het spaarboekje zal gebeuren met sprongetjes waar Klein Duimpje trots op zou zijn. Dit, gecombineerd, met een hoge inflatie, blijft ervoor zorgen dat het spaarboekje enkel dient om u een comfortabel gevoel te geven. Het doet echter uw geld niet werken. Een lange termijnvisie en degelijk onafhankelijk beheer inzake actief beleggen zal dan ook nog geruime tijd relevant blijven.

Matthias Vandezande

Wij helpen je graag verder

Neem vandaag nog contact met ons op.